ING Investment Management versterkt de focus op Latijns-Amerika en zet een nieuw Iberia Latin America team op, bestaande uit zeven mensen. Dat meldt de vermogensbeheerder in een persbericht. Het team gaat vanuit Madrid leiding geven aan uitbreidingsplannen voor ING IM’s institutionele bedrijf en third-partybedrijf in de regio. Country head Iberia Jaime Rodriguez Pato neemt ook de leiding van deze regio op zich.
Hoewel de Latijns-Amerikaanse vermogensbeheermarkt sinds 2006 gemiddeld een jaarlijkse groei laat zien van 15%, blijft het belegd vermogen vooral geconcentreerd in Chili, Mexico en Brazilië, constateert ING Investment Management. Matthias Schellenberg, Managing Director verantwoordelijk voor Business Development Europa/Latijns-Amerika bij ING IM: “De Latijns-Amerikaanse markt is wereldwijd gezien een aantrekkelijke groeiregio. Grensoverschrijdende allocaties door beleggingsfondsen en pensioenfondsen uit de regio zijn toegenomen tot $113 miljard Amerikaanse dollar en zullen naar verwachting de komende vijf jaar nog substantieel toenemen.”
De beperkte capaciteit voor nieuwe instroom van lokale en kapitaalmarkten, de groei van vrijwillige pensioenspaarstelsels en de toestroom van wereldwijde managers blijven volgens de vermogensbeheerder de voornaamste drijfveren voor buitenlandse allocaties. “Over het geheel genomen geldt voor de Latijns-Amerikaanse regio een gunstig macro-scenario,” zegt Schellenberg. “Er is in Latijns-Amerika vraag naar internationale fondsen en er is sprake van een toenemende welvaart, zowel in de middenklassen als onder welgestelde particulieren”.
Volgens de vermogensbeheerder waren verplicht gestelde pensioenfondsen en vrijwillige pensioenbeleggingsfondsen in 2010 goed voor respectievelijk 66%, 14% en 13% van het belegd vermogen in Brazilië, Mexico en Chili. In Brazilië is rendement op het belegd vermogen verantwoordelijk voor 75% van de landelijke groei; in Mexico, waar verplicht gestelde Afores voor een gegarandeerde groeistroom zorgen, bedraagt dit cijfer 47%. In Chili liggen de statistieken op vergelijkbare hoogte, waarbij pensioenfondsen goed zijn voor 75% van het belegd vermogen, terwijl de netto instroom in beleggingsfondsen, die voornamelijk afkomstig is van particulieren, verantwoordelijk is voor 60% van de groei.