Ik vond het een verbazend bericht, vorige week. Niet zozeer door de inhoud, maar wel vanwege de bron. De Postcode Loterij deed onderzoek naar de gevolgen van het winnen van een grote geldprijs.
'Geld maakt niet gelukkig'
De gokinstelling kwam tot de conclusie dat (veel) geld niet gelukkig maakt. Van de winnaars van bedragen vanaf 10.000 euro gaf 70% aan niet gelukkiger te zijn geworden van het gewonnen geldbedrag. Dat juist de loterijorganisator met de uitkomst van het onderzoek kwam, is net alsof de slager verkondigt dat vlees eten ongezond is.
Of de slijter die stelt dat drank meer kapot maakt dan je lief is. De Postcode Loterij geeft in ieder geval (impliciet) aan dat meedoen zinloos is. We weten natuurlijk al dat de kans op een flink geldbedrag uitermate klein is, maar mocht het toeval je gunstig gezind zijn, dan ligt een gelukkiger leven niet in het verschiet.
Banken oorzaak populisme?
Een opmerkelijke conclusie van een geheel andere orde is die van Jeroen Dijsselbloem. De Minister van Financiën van PvdA-huize kwam in een interview met het Financieel Dagblad tot de slotsom dat het opkomende populisme primair veroorzaak is door de banken.
In die trant kopte het FD Dijsselbloems mening op de voorpagina. Mijn gedachte was direct dat de koppenmaker misschien een iets te “enthousiaste” samenvatting van de opinie van de minister van Financiën gaf om de nodige aandacht te trekken. Maar de koplading dekte de inhoud volledig.
Vreemde opvatting
Het is een vreemde opvatting van Dijsselbloem. Ten eerste wordt naar mijn mening wel heel gemakkelijk de term populisme gebezigd als het om opvattingen gaat die afwijken van de gevestigde politieke partijen. De eendimensionale wijze waarop politici als Dijsselbloem met dat begrip omgaan, is naar mijn idee zelf een belangrijke reden voor het opkomende zogenaamde populisme.
Ten tweede zal het fenomeen Fortuyn begin deze eeuw door Dijsselbloem vast en zeker ook als teken van opkomend populisme worden gezien. Er was toen echter geen sprake van een bankencrisis, financiële problemen of economische stagnatie. Integendeel, de economische voorspoed kon niet op.
Onjuiste constatering
De uitspaak van Dijsselbloem lijkt dan ook nergens op gebaseerd. Dijsselbloem geeft aan dat door de steun aan de bancaire sector de staatsschuld explosief is gegroeid. Dat lijkt mij een onjuiste constatering. De Nederlandse overheid heeft gedurende de kredietcrisis blijkens berekeningen van de Rekenkamer 6,2 miljard euro “verdiend” aan de steun aan de financiële sector.
Maar voor alle steunoperaties heeft de overheid wel flink moeten lenen en de totale rentekosten worden door de Rekenkamer geschat op 8,7 miljard. De totale kosten van de steunoperaties komen daarmee uit op 2,5 miljard. De uitkomsten van nog lopende zaken, zoals de ingreep bij ABN Amro is hierbij nog niet verrekend.
Die kostenpost is op zichzelf treurig. Het is van belang om alles te doen te voorkomen dat ooit nog dergelijke steunoperaties aan banken nodig zijn. Maar om te spreken van een explosieve groei van de staatsschuld is onder de zelfde categorie te scharen waar Dijsselbloem zo van gruwt.
Ik denk dat de veranderende opinies in de samenleving, om het zo maar eens te omschrijven, met veel zaken samenhangen. Het is hier niet de plaats om daarover uit te wijden. Maar als het om het financiële element als bron van populisme gaat, zou de minister beter naar de steun kunnen kijken die geleverd wordt aan overheden die hun (staatsschuld)zaken niet op orde hebben.
Hallo Griekenland...
De Griekse problemen moeten daarbij als eerste genoemd worden, maar ook de steun aan andere landen wordt steeds lastiger aan de bevolking te verkopen. Het betreft daarbij ook de steun in de vorm van een ongekend monetair beleid, dat ertoe leidt dat pensioenfondsen (gerechtigden en contribuanten) en levensverzekeraars in de problemen komen, en iedereen die een beetje rente op zijn spaarcenten probeert te verkrijgen.
Waarbij de schamele renteopbrengst nog eens voor meer dan 100% afgeroomd wordt door diezelfde overheid. Daarnaast, de coulante EU houding jegens landen die hun financiële zaken niet op orde hebben, zou dat geen impuls aan het “vermaledijde” populisme geven?
Ik vind het erg gemakkelijk maar weer de banken als schuldige aan te wijzen. Dijsselbloem hoopt op meer vertrouwen in het bankwezen, maar draagt er met dit soort interviews beslist niet aan bij.
Extra ton voor ABN Amro bestuurders
Er is nog een punt in het interview waarbij de minister langs de politiek populistische lijntjes loopt die hij zelf zo verafschuwt. Het betreft de (extra) beloning van een ton voor de ABN Amro bestuurders. Dit speelde aan het begin van het jaar en Dijsselbloem was daar op tegen. Want tegelijkertijd vielen er duizenden ontslagen bij de bank. Betekent dit dat de minister wel voorstander van deze extra beloning was als de ontslagen niet waren gevallen?
Dijsselbloem maakt een groot punt van de beloningsverhoudingen en de morele zaken die daarbij gelden. De minister is ook initiator voor de regeling dat in Nederland de bonussen zijn gemaximeerd tot 20% van het salaris, terwijl voor de rest van Europa 100% geldt.
Dijsselbloempragmatisme
Dat klinkt allemaal mooi, maar op het moment dat in het interview de mogelijkheid ter sprake komt dat financiële instellingen voor Amsterdam kiezen in verband met Brexit, is daar ineens het Dijsselbloempragmatisme.
Op de vraag of het beperkte bonusregime daarin niet tegenwerkt, haast de minister zich te zeggen dat voor de beoogde instellingen gewoon het Europese regime met een plafond van 100% geldt. Morele grenzen houden kennelijk op waar welbegrepen eigenbelang een andere houding vereist. Over voedingsbodem voor populisme gesproken.
Laat ik positief eindigen over Dijsselbloem, die na maart 2017 waarschijnlijk zijn baan kwijt is als gevolg van de populistische golfbeweging. Het is deze minister geweest die zich sterk heeft gemaakt voor een bankwezen waarbij de aandeelhouders en obligatiehouders, eigenlijk alle financiële geldverstrekkers, als eerste opdraaien voor de gevolgen van een bankfaillissement.
Verdere aansprakelijkheid
Dat is op zichzelf uitstekend. Wat mij betreft mag de aansprakelijkheid nog verder gaan als het om bankbestuurders gaat. Ik heb zelf niets tegen goedbetaalde bestuurders, maar laat ze dan ook financieel zwaar opdraaien als het verkeerd gaat met de bank. In dat geval: inleveren die bonussen en hoge salarissen. Of is dat te populistisch?