De voorspellingen over een olieprijs van 20 of 30 dollar per vat vliegen me de laatste weken om de oren, maar wie had dat in augustus vorig jaar op zijn 2015-lijstje staan? Ik niet in ieder geval.
Voor mij is wel duidelijk dat hier sprake is van een zekere politieke invloed (schalieproducenten en/of Poetin-pesten). Een halvering van de olieprijs in zo’n korte tijd kan namelijk nooit de weerspiegeling zijn van veranderende vraag en aanbod.
Over de gevolgen van een structureel lage olieprijs durf ik minder te speculeren. Wegen de economische voordelen op tegen de verloren miljardeninvesteringen van schalieolie- en gasproducenten, BR(IC)-beleggers en een verdere devaluatie van de Russische roebel en Braziliaanse real?
Ik denk dat alleen Mr. Market het antwoord kan geven.
Oliecrash
Het is in ieder geval duidelijk dat mijn Alternatieve AEX in veel grotere mate dan de AEX last heeft gehad van de oliecrash. Niet alleen Petrobras, geplaagd in haast Bijbelse proporties, maar ook de in Nederland relatief onbekende Nederlandse chemiereus LyondellBasell, staalfabrikant Ternium en de Noorse bank (!) Sparebank 1 SR Bank.
Dit toont een trend aan die het afgelopen decennium absent was: bedrijven uit grondstofrijke landen, of met een grote exposure naar die landen, worden gemeden ten gunste van de degelijke AEX-bedrijven.
De daling van Royal Dutch Shell vanaf de top (circa 14%) is niet kinderachtig, maar valt in het niet bij die van Braziliaanse en Russische olieproducenten.
Commodity countries
Dat betekent niet dat de commodity countries nu geen kansen meer bieden. Integendeel, het verleden heeft bewezen dat extreme overdrijving gepaard gaat met het meeste rendementspotentieel.
Neem het Noorse Prosafe, dat ik op IEX tegen drie keer de winst aantrekkelijker noemde dan SBM Offshore. Sinds die publicatie steeg het aandeel ruim 10%, ondanks een verder dalende olieprijs.
Prosafe (wit) vs Crude Oil (groen). Bron: Bloomberg. Klik op de grafiek voor een grote versie
Ook voor Petrobras reken ik nog steeds op een snel herstel, maar gelet op de laatste ontwikkelingen kan dat herstel dan het beste aangegrepen worden om de positie af te bouwen.
Ik put graag uit ervaringen, maar een semi-staatsbedrijf dat de cijfers niet goedgekeurd krijgt, voor miljarden heeft gefraudeerd en tegelijkertijd één van de meest waardevolle olievelden ooit aanboort… dat ken ik nog niet.
Niet omlaag
Noorse banken bieden mijn inziens zelfs kansen bij een olieprijs van 20 dollar per vat en de chemiesector zie ik alleen instorten als de economie wereldwijd krimpt.
Voor wat het waard is: analisten zijn het hiermee ogenschijnlijk eens, want de winstverwachting van de genoemde bank en chemiereus zijn de afgelopen maanden veel minder hard gedaald dan de koers.
Winstverwachting Sparebank 1 SR Bank 2015 (rood) ten opzichte van koers (wit).
Bron: Bloomberg. Klik op de grafiek voor een grote versie
Voor de volledigheid: in de staalsector valt er momenteel weinig te kiezen; alles ligt er beroerd bij. De Noorse indirecte oliespelers Prosafe en TGS-Nopec bieden fundamenteel gezien nog steeds meer kansen dan SBM Offshore en Fugro en hebben bovendien een verwaarloosbare weging in de index.
Om de AEX de komende maanden te verslaan heb ik een herstel van de zwaarst wegende aandelen nodig. En daarna een alternatief voor Shell die een langdurig lage olieprijs aankan en die hoop ik binnenkort al te kunnen presteren.