NEW YORK (AFN) - De Amerikaanse aandelenbeurzen zijn maandag met stevige verliezen gesloten. Net als bij beleggers in Europa, drukte het almaar verder stijgende aantal coronabesmettingen in de wereld op het sentiment. Wall Street bleef daarnaast in de ban van de politieke ontwikkelingen in Washington rond een nieuw coronasteunpakket voor de Amerikaanse economie.
De Dow-Jonesindex eindigde 2,3 procent lager op 27.685,38 punten. De breed samengestelde S&P 500 zakte 1,9 procent tot 3400,97 punten en technologiegraadmeter Nasdaq daalde 1,6 procent tot 11.358,94 punten.
Het lukte opnieuw niet om tot overeenstemming te komen over een nieuw steunpakket. De economisch topadviseur van het Witte Huis, Larry Kudlow, zei dat de gesprekken tussen de Republikeinen en Democraten in het Congres trager verliepen, maar dat ze nog steeds doorgaan. Er zijn volgens Kudlow meer compromissen nodig om tot een akkoord te komen.
Speelgoedfabrikant Hasbro kwam met tegenvallende kwartaalcijfers en verloor ruim 9 procent. Branchegenoot Mattel leverde rond de 3 procent in. Koffie- en donutketen Dunkin' Brands klom juist zo'n 16 procent na berichten dat het bedrijf gesprekken voert over een overname door de investeringsmaatschappij Inspire Brands, om zo van de beurs te verdwijnen.
Ook was er aandacht voor vliegtuigmaker Boeing en defensieconcern Lockheed Martin. China stelt sancties in tegen de Amerikaanse bedrijven die betrokken zijn bij wapenverkopen aan Taiwan. Peking beschouwt het feitelijk zelfstandige eiland Taiwan nog steeds als zijn territorium. Boeing ging op de beurs bijna 4 procent onderuit, Lockheed Martin zakte een kleine 2 procent.
Geruchten dat autofabrikanten Fiat Chrysler en PSA toestemming krijgen van Brussel om te fuseren, zorgden daarentegen voor weinig reuring bij beleggers. Het aandeel Fiat Chrysler bewoog amper in New York, eerder op de dag was er ook al weinig beweging te zien in de koers van PSA in Parijs. Peugeot-moeder PSA zou bereid zijn om productiecapaciteit van bestelwagens over te hevelen naar het Japanse Toyota.
De euro was 1,1809 dollar waard, tegen 1,1818 dollar bij het sluiten van de Europese beurzen eerder op de dag. Een vat Amerikaanse olie kostte 3,2 procent minder op 38,57 dollar. Brentolie zakte 3,1 procent in prijs tot 40,46 dollar per vat.