Afgelopen week woonde ik in Stavanger de ONS (Offshore Northern Seas) conferentie bij. Wat ooit begon als een conferentie specifiek gericht op de offshore industrie in de Noordzee is uitgegroeid tot de grootste olie- en gasconferentie in Europa.
Men ziet er presentaties van de CEO’s van de grootste oliebedrijven, zoals Patrick Pouyanné van Total (“wij gaan niet investeren in schalieolie in de VS”). Maar ook van de Amerikaanse schaliejongens, zoals Scott Sheffield van Pioneer (“I inherited this company at 30 million and I am now leaving it at 30 billion”).
Daarnaast ziet men er de meest vooraanstaande analisten en economen die zich met de olie-industrie bezig houden. En, in de sessie over geopolitiek, een voormalig hoofd van de Britse inlichtingendienst MI-6 (“I will not discuss Brexit”).
Ik wil proberen u een kort overzicht te geven van drie van de vier thema’s die ik het meest interessant vond: geopolitiek, exploratie en oliemarkten. Op de energietransitie kom ik nog eens terug.
Geopolitiek
De geopolitiek is terug als een belangrijke factor voor de oliemarkten. Het vergroot de onzekerheid. Er is een lange lijst aan problemen en conflicten die aanleiding kunnen geven tot een uitval van lokale olieproductie.
Binnen OPEC speelt dat niet alleen voor Venezuela maar bijvoorbeeld ook voor Libië en Nigeria. De machtsstrijd in het Midden Oosten tussen Saoedi-Arabië en Iran lijkt alleen maar heftiger te worden. “Iran is er op uit onze regio te domineren” stelde Ibrahim al Muhanna, adviseur van de laatste drie olieministers van Saoedi-Arabië. “Net als Saddam, maar dan met andere methodes.” Het geeft aan hoe diep het wantrouwen zit.
In tegenstelling tot vroeger zijn de VS geen stabiliserende factor meer. Ook onder Obama begon de VS zich reeds langzaam terug te trekken uit het Midden Oosten. President Trump lanceert in snel tempo allerlei ver reikende initiatieven. De hernieuwde sancties tegen Iran kunnen leiden tot stijgende olieprijzen (zie hieronder). Als hij het handelsconflict met China werkelijk op de spits drijft kan dat grote gevolgen hebben voor de wereldeconomie en daarmee de olievraag.
Het lijkt niet in zijn belang om dat te doen - zeker voor de aanstaande verkiezingen in november - maar toch. Het is op dit moment het grootste neerwaartse risico voor de olieprijs. In de presentatie van sir John Scarlett, voormalig hoofd van MI-6, schemerde enige verbijstering - en diepe zorg - door over de ontwikkelingen van de laatste jaren. Brexit en dan ook nog Donald Trump als president...
Fu Chengyu, voormalig chairman van CNOOC en Sinopec, stelde onomwonden dat de situatie met het milieu in China verschrikkelijk is. Chinezen staan er niet om bekend boude uitspraken te doen op dit soort conferenties. Het geeft aan hoezeer het tegengaan van de vervuiling door kolen nu prioriteit krijgt van de Chinese machthebbers.
Als het aandeel kolen in de energievoorziening inderdaad volgens plan terugloopt naar 47% in 2030 betekent dat een grote groei voor renewables én gas. Zoals China in het decennium van 2000-2010 de kar trok in de snelle groei in de wereldwijde vraag naar olie kunnen zij dat in het komend decennium weer doen - maar dan voor de wereldwijde vraag naar gas.
Exploratie
In de afgelopen periode van lage olieprijzen schroefdenalle bedrijven hun exploratiebudgetten terug. De financiering voor kleine niche bedrijven die zich specialiseren in exploratie droogde vrijwel geheel op. Banken zijn veel terughoudender geworden met de financiering van olie- en gasbedrijven (de druk vanuit aandeelhouders en andere stakeholders speelt daarbij een grote rol).
Private equity is veel minder huiverig maar heeft een duidelijke voorkeur voor het financieren van bedrijven met een lager risicoprofiel die zich richten op het overnemen en exploiteren van bestaande producerende velden.
De majors zoals Shell beginnen nu voorzichtig weer iets meer aandacht te geven aan exploratie naar nieuwe velden. Deepwater Brazilië is voor de majors het gebied dat qua exploratie nu de meeste aandacht krijgt. Alle majors hebben hier licenties verworven sinds Brazilië voor hen openging en Petrobras er niet langer de enige operator is.
In de wereldwijde ranking van prospects die Equinor (het vroegere Statoil) liet zien sprongen de deepwater prospects in Brazilië er met kop en schouders boven uit. Men kijkt met spanning uit naar de putten die er nu geboord gaan worden. “De meest interessante tijd uit mijn carrière komt eraan” aldus Tim Dodson, hoofd exploratie bij Equinor.
In het algemeen is de aantrekkelijkheid van deepwater ten opzichte van VS schalieolie de afgelopen twee jaar verbeterd. Bleven de kosten voor deepwater afgelopen twee jaar gelijk (en op een relatief laag peil), de kosten voor VS schalieolie stegen de laatste jaren. Deepwater productie vindt plaats met FPSO’s; als de markt hiervan gaat aantrekken is dat goed nieuws voor de makers ervan zoals SBM (waarvan de juridische perikelen in Brazilië nu achter de rug zijn).
Oliemarkten
Een aantal maanden geleden, toen president Trump de sancties tegen Iran aankondigde, was het relatief onzeker hoe groot de invloed zou zijn op de olie-export van Iran. De meest recente signalen zijn nu dat die invloed relatief groot zal zijn.
Westerse bedrijven zoals Shell en Total krijgen geen ontheffing uit de VS om zaken met Iran te kunnen blijven doen. Dat maakt het voor hen onmogelijk om olie uit Iran te kopen. Indiase bedrijven willen wel nog olie uit Iran kopen maar vinden nu dat ze het transport van die olie niet meer kunnen verzekeren. Chinese staatsbedrijven gaan door met olie importeren uit Iran maar China wil deze import niet al te zeer laten stijgen. Met wil daar de VS geen aanleiding geven om het handelsconflict tussen China en de VS verder op de spits te drijven.
Helima Croft (RBR) schatte in de paneldiscussie op de ONS de uiteindelijke daling van de Iraanse olie export in op meer dan 1 miljoen vaten per dag. Amrita Sen (Energy Aspects) kwam uit op 1,5 miljoen vaten per dag.
Het is een daling die kan worden opgevangen als landen als Saoedi-Arabië of Rusland hun productie zo veel mogelijk verhogen. Mocht dit gebeuren dan is het met hun reservecapaciteit wel gedaan. De wereldwijde reservecapaciteit zou daarmee op een historisch laag niveau komen. Er hoeft dan maar iets te gebeuren of de olieprijzen gaan dan substantieel omhoog.
Over oliemarkten schreef ik met Lucia van Geuns een rapport voor de Haagse denktank HCSS (the Hague Centre for Strategic Studies): Towards tighter oil markets before peak oil demand. Het staat sinds kort online (en zit niet achter een betaalmuur). Hoe groot de invloed van de energietransitie op de lange termijn ook mag zijn; op de korte en met name de middellange termijn (de vroege 2020’er jaren) zien wij een aantal factoren die de kans op krappere oliemarkten en hogere olieprijzen groter maken.