Het mag buiten dan warm zijn, boven de financiële markten pakken zich grijze wolken samen. De macht van Amerika brokkelt af, Europa is verdeeld en de Chinese groei zwakt af. Door alle bomen is het geoplitieke risicobos niet meer te zien voor beleggers.
Onlangs heeft Donald Trump weer voor de nodige internationale ophef gezorgd, door binnen een week de Britse premier May zwaar te bekritiseren, de EU te betitelen als vijand en beste vriendjes met Poetin te spelen; daarbij heen en weer zwenkend tussen het afvallen van zijn inlichtingendiensten en voorgaande Amerikaanse regeringen en zwakke bijstellingen van deze boude uitspraken. En passant startte Trump een handelsoorlog en zaaide hij twijfel over de NAVO.
Opmars van China
Het Westen staat onder druk en tegelijk heeft de enorme opmars van China voor twijfel gezorgd over het adagium dat landen uiteindelijk moet kiezen tussen autoritair blijven en stagneren of democratiseren en verder opstomen.
China heeft enorm geprofiteerd van de globalisering. Westerse landen ook, maar Westerse elites focusten zich vooral op het oogsten van de voordelen van globalisering, zonder zich veel te bekommeren om het minimaliseren van de kosten ervan. Dat wreekt zich nu.
In dit onzekere klimaat zijn potentiële spoilers ruimschoots voorhanden. Supermacht Amerika staat minder stevig op de voeten en is niet langer – weliswaar regelmatig hypocriete en opportunistische – leider en voorvechter van de liberale wereldorde. Daartegenover staat de aanstormende Chinese concurrent voor de troon. Ondertussen wil Rusland via hybride oorlogsvoering de eigen invloedssfeer zekerstellen/vergroten en het Westen verzwakken.
Tweedeling in Europa
In Europa is Duitsland de belangrijkste speler, maar bondskanselier Merkel zit minder stevig in het zadel en Duitsland blijft huiverig voor de politieke en militaire rol die past bij zijn economische gewicht. Bovendien roept Duitse overmacht gezien het verleden wantrouwen op bij buurlanden.
Ook zien we een toenemende tweedeling binnen Europa, tussen ruwweg de democratische Frans-Duitse as versus de nationalistisch-populistische vierhoek Rome-Wenen-Warschau-Boedapest. Tot slot verkeren in potentie regionale leiders als Brazilië, Zuid-Afrika en Nigeria in politiek en economisch zwaar weer.
Bij dit alles is de belangrijkste vraag in de woorden van Princeton-professor Stephen Kotkin: “whether China will run roughshod over other countries, because it can—and whether the US will share global leadership, because it must.”
Zelfdestructief gedrag
De VS doet de Westerse wereldorde schudden op de grondvesten, met de opzegging van de Iran-deal en het internationaal klimaatakkoord, het twijfel zaaien over veiligheidsgaranties aan bondgenoten, ondergraving van vrijhandel en het dissen van democraten en dwepen met dictators. Rusland en China knijpen hun handjes dicht bij het aanschouwen van dit zelfdestructieve gedrag.
Tegelijkertijd zal met name China bang zijn dat de handelsschotenwisseling uitgroeit tot vernietigende handelsoorlog. Met name omdat de groei afzwakt en het Chinese kredietgebouw op zwakke fundamenten rust. De voormalige vice-voorzitter van de Chinese centrale bank Wu Xiaoling: “We don’t have much time left to revel in the carnival of bubbles.”
Europa, China, Japan en anderen proberen de bestaande internationale orde overeind te houden, omdat die orde zoveel voorspoed en een lange vrede heeft gebracht. Toch kunnen de andere landen het huidige internationale raamwerk waarschijnlijk niet overeind houden zonder Amerika.
Bovendien mogen China en de EU de handen ineenslaan om tegenwicht te bieden aan de VS, maar de belangen van de twee lopen als puntje bij paaltje komt wel erg ver uiteen. In Europa ontstaat al steeds meer wantrouwen over de intenties van de Chinese reus.
Verstoorder internationale orde
Amerika is nu eerder verstoorder van de internationale orde dan politieagent van de wereld, Europa is niet bij machte om te leiden en China wil misschien wel leiden, maar diens intenties worden gewantrouwd en het kampt met een afkoelende economie. Tegelijk valt de monetaire impuls weg die de wereldeconomie jaren ondersteund heeft en stelt menig econoom dat het hoogtepunt van de economische cyclus al bereikt is.
De financiële markten gedragen zich alsof de wereldeconomie een handelsoorlog weet te vermijden of wel aankan. Of al dat geld weet niet waar het anders naartoe moet. Mondiaal zit $ 170.000 miljard in aandelen en obligaties. Er zijn maar weinig alternatieven. Als een handelsoorlog in alle hevigheid losbarst, zijn heftige bewegingen gegarandeerd: iedereen wil dan door een uiterst klein deurtje naar buiten.
Junckeriaanse zoen
Het is maar zeer de vraag of de met een Junckeriaanse zoen bezegelde wapenstilstand tussen Europa en de VS voldoet om de handelsspanningen blijvend te verlagen. De VS en China kunnen zich allebei moeilijk een terugtrekkende beweging veroorloven en beide landen hebben steekhoudende argumenten waarom juist zij de oorlog winnen.
China denkt de overhand te hebben, omdat Amerika van alle kanten te maken krijgt met tegenmaatregelen en omdat Xi politiek meer pijn kan leiden, aangezien hij geen rekening hoeft te houden met naderende verkiezingen.
De VS kan zich sterker wanen, omdat de markten aangeven dat China de onderliggende partij is: Chinese aandelen zijn veel harder gedaald sinds de eerste handelsschermutselingen dan Amerikaanse aandelen en de yuan is verzwakt. Verder koelt de economie af en stellen sommige analisten dat China al heeft aangetoond in te binden door minder hard op de trom te slaan over het Made in China 2025 plan.
Wie ook de overhand heeft, een duurzame deal lijkt ver weg. Of deze onzekerheid voldoet om op korte termijn een bear market te ontketenen is de vraag. Maar grijze wolken pakken zich samen boven de markten.